Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Pedagoog Marijke hielp getraumatiseerde kinderen op Lesbos

‘Je voelt de drukte en de spanning’

De situatie in het overvolle vluchtelingenkamp Moria op Lesbos loopt de spuigaten uit. Een brand waarbij een moeder en kind omkwamen, maakte dit deze week nog eens gruwelijk duidelijk. Ondertussen wonen in dit kamp duizenden veelal getraumatiseerde kinderen. Orthopedagoog Marijke Menninga zag wat dat met hen doet. ‘Een kind in Moria voelt zich continu onveilig.'

Deel:

Met een dubbel gevoel gaat orthopedagoog Marijke (28) weer naar huis. Ruim een half jaar was zij op Lesbos als coördinator van de psychosociale projecten van Stichting Bootvluchteling, waaronder een school in kamp Moria en psychische ondersteuning aan getraumatiseerde vluchtelingen.

Ruim 13.000 mensen wonen momenteel in het kamp, dat slechts berekend is op 3.000 inwoners. “De situatie in Moria was altijd al heel slecht, maar is de afgelopen weken nog veel meer verslechterd. Veel meer dan ik me had kunnen voorstellen”, vertelt Marijke op haar laatste dag op Lesbos. “Als je door het kamp loopt voel je de drukte, en daarmee ook de spanning. Je ziet veel jonge kinderen. Vaak onverzorgd en vies, in gescheurde kleren. Je hoort ze huilen, maar ook lachen. Zoals wanneer ze op een kartonnetje van een aflopend weggetje naar beneden glijden, omdat dat alles is wat ze kunnen vinden om mee te spelen.”

Nachtmerries en zelfverminking

Ouders proberen er alles aan te doen om onderwijs te vinden voor hun kinderen, vertelt Marijke. Stichting Bootvluchteling heeft, naast een medische kliniek, als enige hulporganisatie een school in het kamp waar plek is voor ongeveer 75 kinderen. De wachtlijst is enorm. De meeste kinderen in de klas hebben ontzettend veel meegemaakt. “We zien veel kinderen met psychische klachten. Er zijn hele heftige gevallen bekend van kinderen die zichzelf verminken en zelfmoordpogingen doen. Ook zijn er kinderen met nachtmerries, die niet meer praten, weer in hun broek gaan plassen, met hun hoofd op de tafel bonken, enorme emotiewisselingen hebben en heel duidelijk naar emotionele veiligheid zoeken bij docenten en vrijwilligers.”

‘Er zijn kinderen die zichzelf verminken’

Dat uit zich ook in probleemgedrag. “Kinderen kijken hoe ver ze kunnen gaan. Ze hebben behoefte aan iemand die consequent is, altijd hetzelfde zegt, daar elke dag is en hen daarmee weer enig gevoel van veiligheid kan bieden. Dat is natuurlijk wel lastig met wisselende vrijwilligers. Daarom werken we samen met docenten uit het kamp die in hun thuisland vaak ook leraar waren. Het is heel rot, maar zij zitten daar een langere periode. Voor de kinderen is het heel erg fijn om maandenlang een vast gezicht te zien, dat ook nog eens hun eigen taal spreekt en hun cultuur kent.”

Even kind zijn

Lesbos

De meeste kinderen in Moria hebben familieleden verloren. Soms zagen ze dat letterlijk voor hun ogen gebeuren. “Ofwel met geweld, ofwel door verdrinking. Ze praten hier niet vaak over in de klas. Voor getraumatiseerde kinderen is het heel belangrijk om een stukje normaliteit te hebben. Een plek waar ze ook niet hoéven praten over dat nare verleden. Die ruimte is er altijd, maar je ziet dat kinderen bij ons echt even helemaal opgaan in de lessen. Ze gaan gewoon naar schóól, zijn eventjes zoals ieder ander kind. Kinderen willen zo graag leren. Het is een van de weinige positieve dingen die ze hebben in Moria.”

Onveiligheid

Wat doet het met een kind om met dergelijke trauma’s te moeten leven op een plek als Moria? “Jonge kinderen raken hier gewend aan een continu gevoel van onveiligheid. In Nederland voelen de meeste kinderen zich over het algemeen veilig en vinden zij soms iets eng. In Moria is de normale status quo voor kinderen een onveilige situatie. Ze zien bijna dagelijks geweld, kunnen zich niet gezond ontwikkelen, kunnen meestal niet naar school. Hun ouders doen hun uiterste best maar kunnen hun leven vaak niet beter maken. Het verwerken van trauma’s is in zo’n instabiele situatie praktisch onmogelijk.”

‘Je ziet hoeveel het mensen brengt’

‘Not good in my head’

Marijke herinnert zich nog goed een jongetje van een jaar of tien, dat al heel lang bij Stichting Bootvluchteling op school zat. “Hij was zijn moeder verloren en was hier met zijn vader en broertje. Hij had zo’n moeite om zich staande te houden en kon echt overvallen worden door verdriet en woede. Ook verminkte hij zichzelf. Hij sprak een klein beetje Engels en zei dan: ‘It’s not good in my head, it’s not good in my head’. Je zag zijn complete machteloosheid. Het was nog maar een kind, met enorm sterke emoties waarmee hij zich totaal geen raad wist. Maar vervolgens wist hij in zijn beperkte Engels wel precies te zeggen wat er aan de hand was.”

Moedeloos

Lesbos

Het zien van zulke kinderen kan Marijke soms flink moedeloos maken. “Ik heb een  muurtje opgebouwd om mezelf te beschermen, maar soms komt het wel even binnen. Het feit dat wij hier in Europa levens van zulke jonge kinderen al bij de start geen enkele kans geven… En waarom? Waarom verdienen zij geen veilig, menswaardig bestaan? Als ik me zo voel, ga ik vaak naar één van onze lessen. Dan sneak ik naar binnen en ga ik achterin het lokaal zitten en zie ik kinderen weer even kind zijn. Ik kan me dan nog steeds machteloos voelen, maar zie dan wel: dit maakt verschil. Gisteren heb ik nog een groep nieuwe kinderen geregistreerd voor onze school. Die zie je dan met een sticker op hun voorhoofd en een lach van oor tot oor naar buiten lopen, omdat ze weten dat ze naar school mogen. Dat is prachtig. Of een ouder die vanuit de grond van zijn hart tashakor, dankjewel zegt. Ik vind niet dat zij ons hoeven bedanken, want onderwijs is een mensenrecht. Maar je ziet hoeveel het mensen brengt.”

Na een half jaar op Lesbos is Marijke nu weer voor een paar maanden thuis, in Groningen. Daar gaat ze Arabisch leren en weer terug naar haar oude werkplek, waar ze werkte met vluchtelingenkinderen en hun gezinnen in Nederland. Of ze nog eens terugkomt naar Lesbos? “Ik sluit het niet uit, het heeft me echt gegrepen. Mijn wens is dat alle kinderen in Moria veilig kunnen leven en naar school zouden kunnen gaan. Het is simpelweg hun recht. Zij verdienen de juiste psychische zorg, het juiste onderwijs. Hoe anders zou de wereld er dan kunnen uitzien?”

EO Metterdaad voert campagne voor de 13.000 zwaar getraumatiseerde vluchtelingen in kamp Moria. Meedoen kan via metterdaad.nl/lesbos.

Tekst: Rebecca van de Kar Beeld: Leonie Linotte en Tessa Kraan

Lees verder: Rachelle is 'omwoner' bij een opvanghuis voor alleenstaande moeders.

--:--